Thuiswerken en Kantoorbezetting: Waarom Onderzoeken een Misleidend Beeld van Nederland geven

Thuiswerken en Kantoorbezetting: Waarom Onderzoeken een Misleidend Beeld van Nederland geven

De afgelopen weken is er een stortvloed aan onderzoeken gepubliceerd over het kantoorgebruik in het tijdperk van thuiswerken. Veel van deze studies richten zich op internationale vergelijkingen en surveys onder grote bedrijven. Uit deze internationale onderzoeken blijkt dat Noord-Europa, met name Scandinavië en Nederland, koplopers zijn op het gebied van thuiswerken.

Thuiswerken in Internationaal Perspectief

In Nederland werkt gemiddeld 75% van de mensen één of meerdere dagen thuis, waarbij de meerderheid van de thuiswerkers dit twee tot drie dagen per week doet. Interessant is het om ook te kijken naar het percentage kantoorpersoneel dat juist nooit thuiswerkt. Dat varieert van 25% in Nederland, Zweden en het VK, naar 35% in de VS en Duitsland, 40% in Frankrijk en Spanje en 50% of meer in Italië en Oost-Europese landen.

De Nederlandse Kantoorrevolutie

Deze cijfers kunnen de indruk wekken dat Nederland een groot probleem heeft op de kantorenmarkt. Echter, moet de situatie in 2024 worden vergeleken met de situatie in 2019 om een volledig beeld te krijgen. Zo werkte kantoorpersoneel in de VS gemiddeld 0,75 dagen thuis in 2019, wat nu is gestegen naar 2,5 dagen, een stijging van 233%. In het VK steeg dit percentage met 175%, in Duitsland met 200%, in Frankrijk en Spanje met 300%. En in Nederland? In Nederland gingen we van gemiddeld 1,75 dagen naar 3 dagen. Een stijging van 71%.

In Nederland hebben wij een kantoorrevolutie meegemaakt die aan veel landen voorbij is gegaan. Destijds noemden we dat het Nieuwe Werken, waarbij plaats- en tijdonafhankelijke werken een van de grote speerpunten was. Kantoren werden opengebroken en werkplekken werden geschikt gemaakt om je werk daar te doen waar dat het meest geschikt was en als dat thuis was dan werd die mogelijkheid ook geboden.

Natuurlijk heeft Covid laten zien dat er een mogelijkheid is om de balans nog verder door te laten slaan en dat het nog minder vanzelfsprekend is dat het kantoor de beste plaats is om je werk uit te voeren. Maar de afgelopen jaren hebben we ook gezien dat werkgevers merken dat de sociale cohesie te lijden heeft onder te veel thuiswerken en dat blijkbaar, geheel in lijn met het Nieuwe Werken, de kantoorwerkplek vaak wel de beste plek is.

Amerikaanse spookkantoren

In tegenstelling tot Nederland hadden veel Angelsaksische landen deze kantoorrevolutie in de jaren 2010 niet meegemaakt. Nu komt de thuiswerkbehoefte dus extra hard aan, wat leidt tot grote lege kantoren en een versneld veranderend werklandschap. Hierdoor ontstaat het gevaar dat verontrustende spookkantoren in Amerika of de internationaal relatief hoge percentages thuiswerkers, in Nederland ten onrechte worden vertaald naar een beeld waarin een kwart van de Nederlandse kantoren niet meer nodig is.

We zien nu een stabilisatie in het kantoorgebruik op een niveau dat niet zo heel schrikbarend veel lager is dan die in 2019. Dat is vooral het grote verschil met Angelsaksische landen. Zij hadden die kantoorrevolutie in de jaren 2010 niet meegemaakt en halen deze nu versneld in met grote lege kantoren tot gevolg. Het gevaar is dan om al die verontrustende onderzoeken in Nederland van toepassing te verklaren. Maar dat is een conclusie die geen recht doet aan de situatie hier.

Reageren is niet mogelijk